- Opdracht: Projectleiding, opstellen ontwerpen en uitvoeringscontracten, begeleiden vergunningprocedures en onderzoeken, en uitvoeringsbegeleiding voor de inrichting van nieuwe natuur in de provincie Gelderland
- Gebied: De Reeënberg, Beekbergerwoud en het Weteringsebroek, Gelderland
- Opdrachtgever: Natuurmonumenten, Beheereenheid Zuid-Veluwe & IJsselvallei en Noord-Veluwe
- De provincie Zuid-Holland geeft beheerders van N2000 gebieden de mogelijkheid om subsidie en cofinanciering aan te vragen voor de instandhouding en verbetering van natuurwaarden binnen N2000 gebieden. Hiervoor zijn de Programma’s Natuur en Natuurpact opgezet. Deze zijn gericht op onderzoek, monitoring, proefprojecten en beheermaatregelen.
Via het Programma Nieuwe Natuur Gelderland en Natte Landnatuur wordt in de periode 2020-2025 op verschillende locaties nieuwe natuur gerealiseerd en hersteld om het Gelders Natuurnetwerk te versterken en biodiversiteit de vergroten. Natuurmonumenten is verantwoordelijk voor de inrichtingsprojecten ‘het Weteringsebroek’, Beekbergerwoud en ‘de Reeënberg’.
Het Weteringsebroek is een nat gebied tussen Apeldoorn en Twello. De Reeënberg ligt op de hogere zandgronden van de Veluwe. Landschappelijk zeer verschillend. Op basis van een landschapsanalyse en een bodem-chemisch onderzoek hebben wij samen met de beheereenheid een inrichtingsplan opgesteld. We hebben de natuurpotentie van beide gebieden bepaald en de ontwerpen opgesteld om de voormalige landbouwgronden om te vormen naar natuur. De maatregelen zijn door ons per deelgebied vastgelegd in een ‘werkomschrijving-inschrijfstaat’, waarmee de werkzaamheden eenvoudig bij verschillende aannemers uitgevraagd konden worden. Daarnaast waren wij verantwoordelijk voor de eerste projectplannen, afstemming met de provincie Gelderland, de bestemmingsplannen, financiële verantwoording en de afwikkeling van de projecten.
In plaats van het werk, volgens planning, in 2022 uit te voeren, hebben we ervoor gezorgd dat in najaar van 2021 de inrichting al heeft plaatsgevonden. Hierbij is de kleinschaligheid van het landschap behouden gebleven door het versterken van bestaande landschapselementen zoals elzensingels, bosschages en knotbomen. Langs bestaande bosranden zijn mantel-zoomvegetaties gerealiseerd en om vochtige omstandigheden en natuurlijke overgangszones te creëren is kleinschalig plagwerk uitgevoerd. Ook zijn verschillende faunamigratie-voorzieningen en maatregelen om wild-vraat te voorkomen toegepast, en is er een steilrand voor insecten gegraven.
Samen met het beheerteam van Natuurmonumenten en de betrokken aannemers is een prachtig resultaat neergezet. Het borgen van de wensen, gebiedskennis en ervaring van het beheerteam in het project hebben geresulteerd in een breed gedragen eindresultaat.